Verffabrikant Anker Stuy Coatings in Terwispel vierde op 15 november jl. het 125-jarig bestaan van de onderneming met klanten, relaties, personeel en familie. De tweede en derde generatie zagen hun inspanningen en innovatiedrang richting de timmerindustrie, interieurbouw en schildersbranche bekroond met het predicaat Hofleverancier.
De visie van zes mensen was nodig om in 125 jaar een internationaal familiebedrijf te realiseren met 60 medewerkers, een jaarlijkse productie van 3 miljoen liter verf en een omzet van 18 miljoen euro. Allereerst was er Andries Aberson, die in 1899 het fundament legde met de oprichting van Verffabriek ‘t Anker. Hij werd opgevolgd door Adriaan Stuy, de eerste generatie. Zijn zonen John en Rob namen als tweede generatie het stokje over en tegenwoordig voert Rob als technisch directeur de leiding samen met en Johns zonen Armand (algemeen directeur) en Emile (commercieel directeur).
De onderneming is anno 2024 actief in Zwitserland, België en het Verenigd Koninkrijk (het werkgebied van Emile) en Maleisië en Indonesië (het werkgebied van Armand). Met een eigen opslag en distributeur in Dublin en de vestiging Stuy Coatings UK & Ireland in Peterborough in het Verenigd Koninkrijk bouwt de jubilerende Friese onderneming aan een internationale positie. Een derde van de omzet wordt gerealiseerd uit export, de wens is dat voor 2030 op te schroeven naar de helft.
Hofleverancier
Het 125-jarig bestaan van Anker Stuy werd recentelijk gevierd met circa 350 klanten en relaties, waaronder een groot aantal uit de timmerindustrie. Onder toeziend oog van gedeputeerde Friso Douwstra en burgemeester Andries Bouwman van Opsterland reikte Commissaris van de Koning Arno Brok het predicaat Hofleverancier uit. Daarmee is de onderneming een van de circa 500 bedrijven die deze eer te beurt valt. Omdat het tijdens de coronaperiode niet kon, werd tijdens de geanimeerde bijeenkomst ook officieel afscheid genomen van oud-directeur John Stuy. Hij kreeg een reischeque aangeboden.
Ook ontspon zich een geanimeerd rondetafelgesprek tussen de tweede en derde generatie over zakendoen, het belang van relaties en het leiden van een familiebedrijf. Op het feest was ook de vierde generatie Stuy aanwezig. Met de bedrijfsopvolging zal het dus wel goedkomen. Zeker omdat Timmerfabrikant Emiles jongste dochter Julia assertief (en tevergeefs) op het feest hoorde vragen: “Papa, mag ik ook champagne?”. Ondernemen is
immers kansen zien en proberen te benutten.
